Ik heb afgelopen week m'n eigen achterwiel teruggekregen.
Via via heeft iemand de ergste slinger uit mn wiel gehaald (waarvoor dank), helaas is er in de hoogte nog een bobbel achter gebleven die niet te fixen was. Of ik ermee kan fietsen is nog maar de vraag.
Ik heb met Tom afgesproken dat ik zondagochtend naar hem toe fiets en onderweg bekijk of het gaat. Is de bobbel te erg, dan kan ik Tom z'n wiel nog een keer gebruiken. Tom heeft op de mail voorgesteld om de langere route naar Scheveningen te nemen, en om daarvoor om 10 uur bij hem vandaan te vertrekken.
Nico is nog niet lekker en slaat een weekje over. Rene stuurt 's morgens nog een SMS dat hij andere dingen moet doen. Ik sta dus strak om 10:00 in m'n eentje bij Tom. We hebben niets van de kale broers gehoord en besluiten ze nog een paar minuten te gunnen. Ondertussen bepalen we dat we sowieso de voorgestelde route zullen volgen. Afspraak is ook om de heenweg (tegenwind) we ons niet al te druk maken zodat we niet gaan zweten en koud worden. Prima.
Ik stel voor om i.p.v. via Bennebroek, via Nieuw Vennep te fietsen omdat de fietspaden daar wat beter zijn. Dat geeft ons ook de gelegenheid om de kale broers tegemoet te fietsen (je blijft tegen beter weten in toch een beetje hopen).
Zo gezegd zo gedaan.
Onderweg komen we natuurlijk niemand tegen.
Tom en ik fietsen naast elkaar richting de Hillegommerbrug en steken rechtdoor Beinsdorp in. Grappig, ik woon al die tijd in Hillegom, maar heb dit pad nog nooit gevolgd. Ik volg Tom, die iedereen die we onderweg tegenkomen zo'n beetje bij naam kent.
We volgen het fietspad richting Nieuw Vennep en een stuk verder komen we bij het station. Daar is het fietspad opgebroken en rijden we een stuk over de weg richting de brug over de A4. Tom vraagt… liggen de punten bovenop? Ik wens hem veel succes en zeg dat als hij me zoekt ik achter hem zit (het is een behoorlijke brug en ik wil natuurlijk niet gaan zweten).
We bereiken de ringvaart. Tom is niet helemaal zeker van de route, maar ik kan hem uiteindelijk overtuigen dat we normaal nog een stukje naar rechts moeten. Op de dijk waait het weer behoorlijk. Ik zit in het wiel bij Tom en zo blijf ik net op de grens van 'wel/niet zweten'. We steken over bij weteringbrug, en fietsen richting het braasemermeer en ook richting het Zoetemelkpad.
Tom vraagt of het een beetje gaat en ik ga even naast hem fietsen. We komen tot de conclusie dat als ik in het wiel bij Tom blijf het wel vol te houden is en neem mn positie weer in.
We bereiken de rand van Leiden/Leiderdorp en fietsen, Tom nog steeds op kop, verder. Tom weet een iets andere route om bij de vliet te komen en dat blijkt inderdaad wat makkelijker te fietsen (zeker als we volgende keer niet vergeten onder de brug door te gaan ipv er overheen).
Dan volgt een lang eind langs de vliet. Na een kilometer of 10 wil Tom even een banaantje eten en ga ik maar even op kop. Het kost me niet al te veel extra moeite om min of meer dezelfde snelheid aan te houden op kop. Ik denk nog .. valt eigenlijk best wel mee die wind… Niet veel later heb ik spijt van die gedachte want heb ik de wind weer vol op de kop en loopt de hartslag toch weer snel omhoog. Vlakbij Leidschendam komt een snorfiets voorbij. Natuurlijk gaat Tom er achteraan. Voor Tom is het uit de wind zitten bij die snorfiets een verbetering. Hij gaat wat harder en hoeft nu niet meer zelf de wind te breken. Ik moet mee, maar voor mij is het een verslechtering. Het windvoordeel wordt niet groter, maar nu moet ik opeens 6 of 7 kilometer per uur harder fietsen. Gelukkig steekt de snorfiets de weg over en moeten we (eigenlijk Tom) de wind weer zelf breken.
We fietsen nu in Den Haag. Het stuk bij de van Alkemadelaan is nog steeds opgebroken voor fietsers en aangezien ik daar vorige keer niet al te goede ervaringen mee had (veel oversteken) besluiten we de N44 een stukje te volgen en de route van 'Boom' te volgen. Ook daar komen we opbrekingen tegen, maar na een ritje over een grindpad komen we toch weer goed terecht.
We arriveren bij de watertoren van Scheveningen en hebben het stuk wind tegen nu gehad. Dat is natuurlijk weer te merken aan het tempo. Ik fiets me weer de naden uit mn sokken. Als we even stoppen voor wat water bij Wassenaar merk ik dit maar even op aan Tom die zich direct verontschuldigt … even lekker knallen na zo stuk tegenwind!
De stukken duinpad die volgen naar Katwijk en Noordwijk gaan iets minder hard, maar onder de 35 zakken we volgens mij niet. Bij de pannenkoekenboerderij steken we over. Een brommertje met twee meiden erop gaan ons net voor. Tom gaat er weer achteraan en ik volg weer braaf. De snelheid loopt weer op naar 35km/h en dat is met zijwind toch flink doortrappen. De dames slaan ook linksaf en vervolgen de weg langs het comomeer. Ik realiseer me dat we nu wind mee krijgen en dat het daarmee wat makkelijker moet worden om de brommer bij te houden. Helaas geldt dat voordeel natuurlijk ook voor de brommer wiens snelheid nu naar de 40km/h kruipt.
De meiden moeten wel lachen dat wij als twee idioten achter hen aan fietsen, maar helaas (of gelukkig) haken ze na 1,5Km af en zijn ze ondanks Tom z'n aanmoedigingen niet bereid om door te rijden naar Hillegom.
We rijden nu iets rustiger door richting de Zilk. We hebben al besproken dat we niet op dezelfde plek zullen afsprinten. Ik heb al bedacht dat ik sowieso vandaag in de remmen zal knijpen als dat nodig is, aangezien ik dik 90% van de weg in het wiel bij Tom heb gezeten. Zover komt het niet eens. Bij de Leidsevaart buigt Tom af richting huis (helemaal stuk) en moet ik het laatste deel van de route alleen afleggen.
Ik doe dit zo goed en zo kwaad als het gaat en kom voor m'n gevoel wel 'OK' thuis.
Als ik, na wat gedronken te hebben, ga douchen zie ik dat ik behoorlijk rode ogen heb. Als ik na het douchen even op de bank ga zitten en 'opeens' een uurtje later wakker wordt kom ik tot de conclusie dat ik misschien toch een ietsepietsie teveel heb ingespannen.
Helaas weigert m'n garmin de statistieken op te hoesten en daar naar het bewijs te kijken.
Voor de afstandbepaling heb ik het rondje zelf maar even bij elkaar geklikt.