Zaterdag 27 november. Om half 8 gaat de wekker. Eerst uit het raam kijken. Gelukkig het is droog. De vorige dag de mountainbike nog eens gepoetst en de goeie bandjes er op gelegd. Na een snelle douche, pak ik wat nerveus mijn tas in. Nog even een flink bord macaroni naar binnen werken en dan naar het verzamelpunt bij Hanselara van Eijk. Effe een bakkie, nog wat eten en wat slap lullen en dan met z'n drieen de auto in naar Scheveningen. In de parkeergarage de eeuwige onzekerheid over wat je gaat aantrekken en de hoeveelheid bar in de banden. Ik heb toch wel genoeg gegeten? Het is -2 graden celsius en een noordoosten wind, kracht 2. Het wordt thermoshirt met lange mouwen, koersbroek, beenstukken, armstukken en handschoenen met lange vingers. Nog even het startnummer (no. 722) aan het stuur bevestigen en de chip aan de voorvork. Ik ben nerveus. Geen idee wat mij te wachten staat daar op dat strand. 38 Kilometer van Scheveningen naar Noordwijk en terug. De Rabo Beach Challenge. Het blijft toch een wedstrijd. Ik weet dat ik deze niet ga winnen, maar wil toch zoveel mogelijk vooraan zitten aan de finish. Nog even vragen of Hans en Lex nog tips voor me hebben. "Ogen dicht, rammen en niet teveel links aanhouden, anders kom je in Engeland terecht!" En bedankt he mannen!
Dan naar het startvak. Hans en Lex starten vanuit het eerste vak, waar ook kleppers als Ton van Eijk, Sebastiaan Langeveld en Michael Boogerd staan. Ik start vanuit het laatste vak en besluit om nog even de bandenspanning te testen op het harde gedeelte van het strand. Toch nog maar wat lucht eruit! Dit moet goed zijn. Terug naar het vak. Daar blijk ik helemaal achteraan aan te moeten sluiten en daar baal ik stevig van. Nog 1 minuut tot de start en de deelnemers beginnen al wat in elkaar en naar voren te schuifelen.
Startschot! Ik probeer zo snel mogelijk een weg naar voren te banen, waarbij ik waarschijnlijk een aantal mensen niet tot mijn vriend heb gemaakt. Ik probeer of ik Hans en Lex nog kan waarnemen daar ergens helemaal vooraan. Als ik voor mijn gevoel eindelijk de start passeer, heb ik het idee dat zij al zo'n beetje bij Noordwijk moeten zijn. Dan zit ik eindelijk op de fiets. Gelijk een goed wiel zoeken! Buiten allle onzinnige opmerkingen van Lex en Hans, heb ik toch nog een nuttig advies bij hen kunnen ontfutselen. Koortsachtig kijk ik om mij heen. Daar heb ik een wiel te pakken. Nee, gaat niet hard genoeg. Volgende wiel. Uiteindelijk pik ik aan bij een groepje dat eigenlijk net iets te hard gaat voor mij. Mijn bovenbenen exploderen.
En dan plotseling.......rust! Ik koers! Prachtig! Ik geniet! Kleding en bandenspanning precies goed. Een goed groepje, wind schuin in de rug en ik koers! Niet te geloven!
Het gaat steeds harder. Waar ik eerst nog wat oog had voor de zee en strand, besef ik dat ik steeds meer en meer aandacht heb voor het voor mij zoevende achterwiel. Het gaat dus inderdaad net iets te hard. Wiel houden!! De rust is weer voorbij en mijn bovenbenen dienen zich weer op pijnlijke wijze aan. Wiel houden en goed kijken hoe je voorgangers door de kuilen en zwinnetjes met water gaan. Een paar keer ga ik een centimeter of 30 links of rechts van mijn voorgangers door het water. Waar zij soepeltjes de kuilen doorstaan, ga ik enkele malen zo ongeveer tot mijn nek een kuil met water in. Opletten Puun! Wiel houden. Het wordt zwaarder en zwaarder en ik dreig te moeten lossen zo ongeveer bij de uitwatering in Katwijk. Daar van de fiets. Rennen door het mulle zand en die lastige hindernis nemen. Ik merk dat ik achterom begin te kijken voor een ander groepje. Dan de fiets weer op. Nog net pak ik het laatste wiel van mijn groep. Ik ga lossen.....wiel houden!.......lossen? Dan besef ik waarvoor we ons aan het voorbereiden zijn. Dit is pas het begin. Opgeven is geen optie!! Snot uit alle gaten en (inderdaad Hans) ogen dicht en rammen!
Keerpunt bij Noordwijk. Weer lopen en terug het harde gedeelte weer op. Tegenwind! Groepje weer zoeken dus. Vreemd genoeg begin ik te herstellen. Ik kan een paar keer kop overnemen en merk dat dit gewaardeerd wordt. Dan weer een kuil. Mijn voorwiel verdwijnt onder mij en ik ga onderuit. De renner achter mij fietst nog over mijn achterwiel, maar ik ben al snel weer op de been. Weg groepje. Ik sluit aan bij een groep van een man of 20. Er wordt een mooie waaier gemaakt en ik rij lekker uit de wind. Ik ben helemaal niet moe meer en begin te verzinnen hoe ik aan de finish ga vertellen hoe ik onderuit ging. Het zou iets moeten gaan worden over een kuil en een Duitser die ik daar tegen kwam. Gniffelend besluit ik lekker mee te fietsen tot de finish. Mijn oorspronkelijke groepje wordt door ons opgeslokt en er ontstaat een soort peletonnetje. Lekker de wind en het opspattende water in je gezicht. Gedachten dwalen af naar een aantal maanden geleden. Die nacht in Maart. Ik kon niets meer. Ruud (kl brr vn n kl brr) moest mijn heupen en benen omdraaien daar op dat bed. Ongelofelijk en wat een fantastisch gevoel dat ik nu dit weer doe. Zo voelt het echt. Genieten dus! De finish nadert. Toch een beetje naar voren kruipen om wat plaatsjes op te schuiven. Het blijft toch een wedstrijd. Dan het laatste stukje van de fiets en hardlopend door het mulle zand naar de boulevard. Ik passeer lopend nog flink wat mannen van mijn peletonnetje. Op de boulevard weer op de fiets en lachend over de finish. Ik wordt 325e, maar het voelt alsof ik hem gewonnen heb. Het befaamde 1500 meter hoestje dient zich aan. Prachtig. Het was koers!